Woensdag 16 november -Terug naar Havana en politiebureau

16 november 2016 - Havana, Cuba

Het is helaas zover, we moeten terug naar Havana. Om 17 uur moeten we de auto inleveren, maar ik zie nogal op tegen het zoeken en vinden van de weg in Havana, dat toch een stad met 2 miljoen inwoners is, en belangrijker, zonder duidelijke bewegwijzering. Het is 2-3 uur rijden, dus we starten onze dag rustig, lopen nog even door het dorp en gaan dan op weg. Onderweg stoppen we nog even bij een plek waar je een mooi uitzicht hebt over de vallei van Vinales en dan rijden we door. Gelukkig hoeven we alleen maar de snelweg te volgen en inderdaad komen we vanzelf in Havana uit. Omdat onze casa particular in Havana, waar we natuurlijk eerder geweest zijn, net achter de grote begraafplaats ligt, blijkt het relatief eenvoudig om er te komen, dus lekker vroeg, rond een uur of 2, zijn we er al. We laden even de bagage uit en gaan dan de auto terugbrengen. Dat blijkt onverwacht lastig, want in de plastic achterbumper zit een onooglijk deukje van ongeveer 1 cm. We dachten eigenlijk dat dat er al die tijd al zat, maar er is geen kruisje op het verhuurformulier op die plek. Dat hadden we beter moeten checken bij het ophalen, of alle kruisjes wel werkelijk op het formulier gezet werden. Een goede les voor een volgende keer!

In elk geval kunnen we naar eer en geweten zeggen dat wij dat deukje niet gemaakt hebben. Maar dat is helaas niet voldoende, er moet een politierapport van gemaakt worden. Ik probeer er nog onderuit te komen door boos te worden, maar dat werkt helaas niet.

Het politiebureau is ongeveer 5 km van de autoverhuur, maar ik had de wegenkaart al uit de auto gehaald omdat we dit niet verwacht hadden. De man van de autoverhuur geeft ons het adres en een zelfgetekend plattegrondje waarop staat bij welk stoplicht we links of rechts moeten en inderdaad zijn we een kwartiertje later bij het politiebureau. Daar is een soort wachtkamer waar ongeveer 10 mensen zitten en een balie met 2 politieagenten erachter. Wat we komen doen? Niemand spreekt engels dus in ons beste spaans en verder met handen en voeten leggen we uit wat er is. Oh accidente? Ja, accidente! De politieagent gaat mee kijken naar het deukje en is totaal niet onder de indruk. Zelf rijden ze in auto’s die er qua plaatwerk uitzien als golfballetjes, dus dit is echt peanuts. Omstandig begint hij aan zijn collega’s uit te leggen dat het echt erg “pequeno” (=klein) is en dat woord horen we de komende 10 minuten nog wel 20 keer. Dit gaat gepaard met een gebaar waarbij tussen duim en wijsvinger wordt aangegeven hoe klein dat deukje wel niet is. Dan mogen we gaan zitten en gebeurt er met onze zaak de komende uren niets meer. We kunnen wel goed bekijken hoe het hier toegaat op een politiebureau. Er komende de hele tijd politieagenten binnen, die elkaar vriendelijk op de rug kloppen, of zoenen als ze van een verschillend geslacht zijn, dan een praatje maken en vervolgens op hun gemak weer doorsloffen. Aan de inhoud van de wachtkamer verandert weinig en we zien urenlang niemand echt werken. Maar socializen doen ze volop. Ik denk dat zo’n 50 verschillende politiemensen het toneel hebben overgewandeld, zonder dat er iets voor of met ons gedaan werd. We willen het proces wel wat versnellen, maar zijn ook bang om irritatie op te wekken. We zijn tenslotte volledig van hun medewerking afhankelijk. Ik raak aan de praat met een Cubaanse mevrouw die ook al uren wacht en vraag haar of het altijd zo lang duurt. Ze vraagt wat ons probleem is en ik leg het uit. Ze adviseert toch nog maar eens voorzichtig te informeren. Dat doe ik dan maar en de aardige mevrouw doet ook nog een duit in het zakje. De bezetting achter de balie is inmiddels al tenminste 4 keer van samenstelling veranderd en er blijkt niemand meer te zijn die nog weet waarvoor wij hier ook alweer kwamen. “Accidente” zeggen we vastberaden. “Oh…accidente!” Daar kunnen ze wel wat mee. Een kwartiertje later mogen we met een piepjonge politieagente mee naar een kamertje en ze begint vol goede moed een rapport op te maken. Op de autopapieren staat het verkeerde automerk en dat wordt ijverig overgenomen op het papier. We proberen uit te leggen dat het een ander merk is, maar dat helpt niets, het staat tenslotte zwart op wit. In elk geval klopt het kenteken, dus we hopen maar dat dat voldoende is. Wat is er dan met de auto aan de hand? Weer showen we het piepkleine deukje en nu kan de mevrouw door met het rapport. Maar waar is het dan gebeurd? Dat weten we dus niet, het is dan ook niet onze schuld. Maar waar is het gebeurd? We weten het niet! Maar er moet een adres worden ingevuld! Dat weten we dus niet! Adres??? Ten einde raad bedenk ik dat ik 1 adres in Havana bij me heb, nl. dat van het politiebureau waar we nu zijn. Ten einde raad geef ik haar het papiertje met haar eigen adres erop. Dat is precies wat ze nodig had. Geen enkel teken van herkenning van het adres. Het wordt netjes overtypt en na een paar stempels, kunnen we met onze politieverklaring terug naar de autoverhuur. Die inmiddels dicht is…

We laten de auto toch maar achter, we gaan morgenochtend de sleutels wel brengen. Hier staat hij tenminste relatief veilig…

Twintig minuten later zijn we weer terug bij Vivian, die we in het spaans proberen uit te leggen wat er allemaal gebeurd is. Dat blijkt opmerkelijk goed gelukt, merken we als haar dochter later thuiskomt en het hele verhaal al heeft gehoord.

De middag is voorbij, maar dan gaan we het vanavond maar gezellig maken. We gaan eten bij Castropol, een tip van een collega van de VU. En inderdaad, zo lekker hebben we nog niet gegeten in Cuba. We zitten er heel gezellig en blijven lekker lang hangen. Daarna wandelen we kilometers langs de Malecon, de boulevard van Havana. Hier zitten heel veel mensen lekker op het muurtje over de zee uit te kijken, te kletsen, rum te drinken en een beetje te vozen. Als al die jongeren inderdaad zo vreselijk lang bij hun ouders blijven wonen, omdat er gewoon geen woningen te krijgen zijn, dan begrijp je wel dat ze af en toe een beetje privacy willen.

De boulevard is mooi, er zijn prachtige ruïnes van de oude stadswal, inclusief kanonnen en nu eens wel goed onderhouden en mooi uitgelicht. We zitten zelf ook een poosje op de betonnen wal en lopen dan het centrum in voor een taxi terug. Daar zien we nog iets bijzonders. Bij een kerkje “el templete”, de plaats waar op 16 november 1519 de villa de San Cristobal werd gesticht staat een oude zogenaamde Ceiba boom. Elk jaar op 16 november komen hier ’s avonds de gelovigen om te vragen om een wonder of te danken voor een wens die al in vervulling is gegaan. Ze lopen 3 keer om de boom heen, terwijl ze de stam aanraken en gooien daarbij muntjes bij de boom. Er staan lange rijen mensen geduldig te wachten om aan dit ritueel deel te nemen. Het is puur toeval dat we dit meemaakten, want het staat in geen enkele reisgids. Het was prachtig om te zien. Eenmaal thuis kletsen we nog even met Vivian en Claudia en kruipen dan lekker in bed.

Foto’s

1 Reactie

  1. Mary:
    15 december 2016
    Ik dacht dat aangifte doen hier in Nederland lastig was.......
    Liefs Mary